Hoofdstuk 10: Girly Talk PG-13
"Cockfucker!"
"Faghag!"
"Rag-aap!"
"Dwarskut!"
"Stink-knikker!"
"Hobbelslet!"
"Meldpunt Vuile Sletten!"
"Je kinderen hebben geen billen!"
"Je moeder heeft een houten been!"
"Afgaanse bul-haas!"
"Pijnlijk verstopte pisgleuf!"
"Ondersteboven bilspleet!"
"Je spreidt je lippen goedkoop!"
"Stink-kanon!"
"Pukkeltjes voor tieten!"
"WC-pot!"
"Wildneukeres!"
"Ring-ster"
"Bolus-slikker!"
"Grootgebruiker bananen!"
"Komkommerhoer!"
"Miep!"
"Geur van dertien rottende vissen!"
"Snuiver van poep!"
"Gapend gat!"
"Naad-ploeger!"
"Harige scheur!"
"Palenschurker!"
"Sperma-junk!"
"Afraggelaar!"
Dat was de druppel. Genoeg gesleep. Genoeg voorspel. Joey wilde nat en vies voelen. Plus: "Nie! Mand! Noemt! Me! Een! Afraggelaar!". En bij elk woord, een klung van de schep. "Ik!... Ik!...", Joey begon te snikken. De schep gleed uit haar handen, ze viel op haar knietjes, tussen de stukjes Willow. Waarom was alles zo oneerlijk? Waarom?
"Ik ben ook maar een mens...", huilde Joey, "... ik heb ook liefde nodig...".
Deze magische woorden deden gewoon tranen opwellen. Wie dat niet begrijpt, heeft gewoon een hart van gewapend beton. Wat ben je? De man van staal? Een tjoeke-tjoeke vrachttrein?
Willow was niet van staal. De schep die haar botten krak deed doen, die was van staal. De harteloze bastaard!
Oh, Willow. Oh, dode, dode, Willow...
Joey was zo bezig met haar traantjes, dat ze nu pas merkte dat Willow uit de platgeslagen dood is gestapt. Dat ze het onschuld dat Joey was, in de armen genomen heeft, en moederlijk wiegde.
Joey keek even verbaasd toe, maar al gauw begon ze op haar duim te zuigen. Een moment om te koesteren...
Voordat we uitzoomen, heeft Willow nog een laatste verrassing. Een meloen van een bolus-bedekte butt-plug schoot ergens uit haar achterwerk vandaan. Joey moest giechelen. Toch nog een happy ending.
"Faghag!"
"Rag-aap!"
"Dwarskut!"
"Stink-knikker!"
"Hobbelslet!"
"Meldpunt Vuile Sletten!"
"Je kinderen hebben geen billen!"
"Je moeder heeft een houten been!"
"Afgaanse bul-haas!"
"Pijnlijk verstopte pisgleuf!"
"Ondersteboven bilspleet!"
"Je spreidt je lippen goedkoop!"
"Stink-kanon!"
"Pukkeltjes voor tieten!"
"WC-pot!"
"Wildneukeres!"
"Ring-ster"
"Bolus-slikker!"
"Grootgebruiker bananen!"
"Komkommerhoer!"
"Miep!"
"Geur van dertien rottende vissen!"
"Snuiver van poep!"
"Gapend gat!"
"Naad-ploeger!"
"Harige scheur!"
"Palenschurker!"
"Sperma-junk!"
"Afraggelaar!"
Dat was de druppel. Genoeg gesleep. Genoeg voorspel. Joey wilde nat en vies voelen. Plus: "Nie! Mand! Noemt! Me! Een! Afraggelaar!". En bij elk woord, een klung van de schep. "Ik!... Ik!...", Joey begon te snikken. De schep gleed uit haar handen, ze viel op haar knietjes, tussen de stukjes Willow. Waarom was alles zo oneerlijk? Waarom?
"Ik ben ook maar een mens...", huilde Joey, "... ik heb ook liefde nodig...".
Deze magische woorden deden gewoon tranen opwellen. Wie dat niet begrijpt, heeft gewoon een hart van gewapend beton. Wat ben je? De man van staal? Een tjoeke-tjoeke vrachttrein?
Willow was niet van staal. De schep die haar botten krak deed doen, die was van staal. De harteloze bastaard!
Oh, Willow. Oh, dode, dode, Willow...
Joey was zo bezig met haar traantjes, dat ze nu pas merkte dat Willow uit de platgeslagen dood is gestapt. Dat ze het onschuld dat Joey was, in de armen genomen heeft, en moederlijk wiegde.
Joey keek even verbaasd toe, maar al gauw begon ze op haar duim te zuigen. Een moment om te koesteren...
Voordat we uitzoomen, heeft Willow nog een laatste verrassing. Een meloen van een bolus-bedekte butt-plug schoot ergens uit haar achterwerk vandaan. Joey moest giechelen. Toch nog een happy ending.